Denis Henriquez
Denis Henriquez werd op 10 oktober 1945 geboren in de Zuidstraat van Oranjestad (Aruba). Hij groeide op zonder vader en werd opgevoed door zijn tante. Hij studeerde na de middelbare school theoretische fysica in Delft en was tot aan zijn pensionering docent natuurkunde in Oranjestad en Rotterdam. Naast zijn docentschap was hij als actief op literair gebied. In 1990 ontving hij de ‘Premio di Cuenta Antiano’ als prijs voor zijn verhaal Mister Chiclets & Dinchi Five Guilders.
Papiamentstalig werk
Henriquez begon met het schrijven van teksten voor het lokale cabaret in zijn moedertaal Papiamento. Daarover zegt hij: ‘Ik schreef teksten en liederen, met een politiek-kritische inhoud uit onvrede met de toenmalige situatie. Maar op een moment stel je je niet meer met dergelijke licht spottende liedjes tevreden en wil je wat anders. Cabaret was een stimulans en een begin.’
Er volgden avondvullende toneelstukken, zoals het drama Mayan Dalia lo ta mi Dalia (1978), het blijspel Fenchi a gana e premio mayo (1981), The Mad T-Party (1983) en E soño di Alicia (1981), dat gebaseerd is op Lewis Carrolls Alice in Wonderland.
Henriquez publiceerde twee gedichtenbundels: Kas pabow (1988) en Lenga di mi mama (2014). Samen geven de beide dichtbundels een consistent beeld van wat poëzie voor de dichter betekent: Kas pabow gaat over weemoed en verlangen. Dit wordt opgelost in Lenga di mi mama; de dichter is thuisgekomen in zijn moedertaal.
Henriquez schreef ook het script voor de eerste Arubaanse speelfilm, Dera Gai (1991), een co-productie van Tele-Aruba en de Nederlands Omroep Stichting (NOS). Het boek Aruban landscapes (2014) bevat landschapsbeschrijvingen van zijn geboorte-eiland.
Het Papiamentstalige werk van Denis Henriquez riep op zijn eiland gemengde reacties op: ‘Het was zo nieuw dat het vervreemdend werkte,’ zegt Henriquez er zelf over. Na zijn verhuizing naar Nederland besloot hij in het Nederlands te gaan schrijven. In Nederland publiceerde hij vervolgens bij uitgeverij De Bezige Bij de romans Zuidstraat (1992), Delft blues (1995) en De zomer van Alejandro Bulos (1999), en bij uitgeverij Marmer Het sterven van Rebecca Lopez Ikario (2016) en Klei (2023).
Zuidstraat
De roman Zuidstraat is de straat in Oranjestad waar Denis Henriquez werd geboren en opgroeide. In de jaren vijftig was de verteltraditie daar nog belangrijk. Het boek telt negen met elkaar samenhangende verhalen.
Mijn oom Djo Wijk [Uncle Djo, Djowiwi in Zuidstraat] was een echte sterke-verhalen-verteller. Hij vertelde zo komisch dat kinderen uit de hele buurt naar hem kwamen luisteren. In mijn familie kwamen trouwens veel vertellers voor. Van echte invloed is mijn tante geweest. Verhalen die ik van haar gehoord heb, zijn in mijn toneelstukken en in Zuidstraat verwerkt.
In mijn jeugd was het vertellen nog algemeen in Oranjestad. Als je 's avonds buiten zat, kwamen kennissen langs en gingen bij je zitten. En dan werd er verteld. Dat was het tijdverdrijf toen er nog geen televisie was. Al die vertelde verhalen hebben mijn fantasie geprikkeld, ik beschouw me zelf ook als een verteller.
Henriquez heeft Zuidstraat vanuit nostalgische gevoelens naar zijn jeugd geschreven. Dat blijkt ook uit citaat van de Argentijnse tango-zanger Carlos Gardel (1890-1935) dat hij gebruikt: ‘fantasmas del pasado, perfumes de ayer’ (spoken uit het verleden, parfums van gisteren).
De roman wordt ook wel vergeleken met Miguel Street (1958) van de Trinidese Nobelprijswinnaar V.S. Naipaul. Beide kunnen worden beschouwd als ‘novels of childhood’.
De hoofdpersonen Binchi (Bernardo Rincones) en Alejandro Bulos verlaten tenslotte de Zuidstraat om in Nederland te gaan studeren. Ze gaan een nieuw leven tegemoet, maar de weemoed blijft hangen: waarom moet je tienduizend kilometer verderop gaan studeren?
Delft blues
De roman Delft blues vertelt over de studietijd van Binchi aan de Universiteit van Delft, over de tijdgeest van de jaren zestig zoals die beleefd wordt door een relatieve outsider, wat een Arubaanse student in Nederland is. Een belangrijk thema in het boek is de Europese politiek in de schaduw van de Tweede Wereldoorlog, de Koude Oorlog, de Vietnamoorlog, de Cubaanse Revolutie, de Praagse Lente, de zesdaagse Israëlisch-Arabische oorlog, de Parijse studentenopstand van 1968 en de grote arbeidersopstand 'Dertig mei 1969' op Curaçao.
Terwijl Zuidstraat een verhaal is vol melancholieke herinnering aan een voorbije jeugd, is Delft blues een veel harder en kritischer verhaal dat afrekent met de geest van verzet van de jaren zestig. Zoals aan het einde van Zuidstraat een einde kwam aan de middelbare school, zo eindigt Delft blues met het einde van de studententijd.
De zomer van Alejandro Bulos
De derde roman, De zomer van Alejandro Bulos, sluit een zoektocht naar de jeugd en de wortels van het bestaan af. Alejandro Bulos is nu de hoofdpersoon. Hij is inmiddels als vijftiger een man van middelbare leeftijd, die gescheiden is en een volwassen zoon heeft, Dino.
In het eerste van de drie romandelen sterft de nog geen zestig jaar oude Memé (Mercedes Immaculata Vicioso). Zij is een uit Santo Domingo afkomstige straatverkoopster die vroeger bij de familie Bulos in de huishouding werkte en daar zoon Alejandro in de liefde inwijdde toen die zeventien jaar was. Maar ze onderhield ook een relatie met de vader, waaruit zoon Timón Dario geboren werd. Niemand weet echter van dat vaderschap.
In het tweede romandeel zoekt Alejandro Timón Dario op, de zoon van Memé die dus zijn halfbroer is, om deze het nieuws van het overlijden en de begrafenis van diens moeder mee te delen.
In het derde deel ontmoet Alejandro zijn zoon Dino toevallig op een treinstation. De verloren zoon - de tweede dus in het verhaal - is terug. Er ontstaat snel zo'n goed contact tussen vader en zoon dat Dino besluit ook naar Aruba te gaan. Alejandro heeft eindelijk een echte zoon gevonden: we zijn familie!
Denis Henriquez heeft in deze roman een hoofdpersoon neergezet met een gevoelsleven vol ambiguïteiten, die cirkelen rond enerzijds de behoefte zich te binden en ergens bij te horen, en anderzijds het verlangen zich te onthechten en te zoeken naar rust en vooral vrijheid, wat een zekere eenzaamheid tot gevolg heeft.
Het sterven van Rebecca Lopez Ikario
Met de roman Het sterven van Rebecca Lopez Ikario, vijftien jaar na de derde roman verschenen, keert de auteur terug naar zijn geboorte-eiland Aruba. Daar is de verteller op zoek naar zijn biologische en sociale moeder, Rebecca, die hem heeft opgevoed: ‘Liefde en trouwen was er niet bij, wel de zorg voor haar zusters en het kind dat ze onder haar gezag wilde kneden tot het juweel van haar toewijding.’
Het is een roman die een familiegeschiedenis vertelt, maar ook veel bijzonderheden geeft over de geschiedenis van het Caribische eiland vóór, tijdens en ná de Tweede Wereldoorlog. In de roman treedt de Argentijnse tango-zanger Carlos Gardel op.
Rebecca was een meisje van zeventien toen Carlos Gardel voor haar zong. Het Gloria-theater was vol en muisstil. De zanger stond op het toneel in een kanariegeel pak, zijn witte hoed scheef achterover, zijn gelaat betoverend wit in het licht. Zijn witte lippen lachten, zijn zwarte ogen straalden de melancholie uit van een man met een triest hart. (…) Rebecca kreeg een brok in haar keel toen zijn stem als een golf sentiment op haar afkwam. Het publiek raakte in vervoering. (…) Het was alsof Gardel alle harten besmette met het euforisch geluk van een traan-loze liefde. (p. 18)
Rebecca wordt ziek en moet naar het ziekenhuis: ‘Vele jaren later, liggend in haar ziekenhuisbed, was het dit huis met de grote oleanders waar de oude Rebecca aan dacht toen de schemering in haar hoofd optrok en ze een steek in haar zij voelde.’
Klei
In de vijfde roman Klei is de korte titel een metafoor voor de relatie tussen auteurs en hun kunstwerk.
De mens is kneedbaar als klei, zijn leven is klei voor de verbeelding. (…) Niet voor niets had de Bijbelse God Adam uit klei gemaakt. Klei was vormeloos, kneedbaar: alleen dan kon de mens zich naar zijn eigen wil vormen. (p. 266)
Een Nederlands echtpaar, de schilder Ricardo van Dongen en de docente Franse taal- en letterkunde Catherine van der Ploeg, ontmoeten tijdens hun vakantie in Zuid-Frankrijk een Frans echtpaar, de pottenbakker Joseph Cahu en diens vrouw Alma Preciosa de Nuñez, en hun dochter Zena Marisolpinto.
De roman thematiseert de relatie tussen de prachtige Zuid-Franse natuur en artisticiteit, het verschil tussen kunst en artistieke ambachtelijkheid, en tenslotte kunstenaarschap en burgerlijkheid: ‘Het is de passie die zin geeft aan het leven, niet de moraal.’ (p. 272).
Ook het culture-nature-motief dient zich aan door de overweldigende, gedetailleerd beschreven natuur van Le Verdon en de steden Parijs en Pamplona enerzijds en het gezelschap van creatieve kunstenaars anderzijds.
Maar het hoofdthema wordt gevormd door een korte relatie, als Catherine zo onder de indruk raakt van de viriele Joseph dat ze als een blok voor hem valt. Maar de heftige relatie duurt maar kort: Joseph maakt er zo abrupt een einde aan dat Catherine vertwijfeld op de vlucht slaat, met een dodelijk auto-ongeluk van Joseph als gevolg.
Wie is de schuldige? Echtgenote Alma en dochter Zena beschuldigen Ricardo, maar die is alleen indirect betrokken: het thema van ‘schuldeloze schuld’. Dochter Zena neemt het besluit dit vraagstuk op te lossen door er een roman over te schrijven.
De stem van de klei zong in haar bloed (…) Wat ze begeerde was de reis door het landschap dat ze in haar verbeelding vermoedde en op papier wilde vereeuwigen, het levensverhaal van haar vader vertellen – haar vader die zo kort had geleefd. Wat wist ze eigenlijk van hem, vroeg ze zich af. Ze benijdde haar vader: hij was in staat van zijn gave te leven, hij was een vrij mens, voor zover een mens dat kon zijn. (p. 239)
Literatuur en leven
De romans van Denis Henriquez maken de indruk sterk autobiografisch te zijn, waarover de auteur opmerkt:
Ik heb eens een uitvoerige autobiografie voor mezelf geschreven, niet om die te publiceren, maar ze werd belangrijk als basis voor mijn schrijven. Ik ga van een autobiografisch moment uit als startpunt, daarna laat ik de uitwerking aan mijn fantasie over.
Denis Henriquez schrijft in een beeldende stijl die rijk is aan metaforen. Daarbij zit het verhaal vol wijsheden die in het geheugen van een lezer blijven hangen, zoals 'elk genie is de slaaf van zijn talent', en 'een verleden heb je, maar dat verleden bén je niet. Wat je bent, is wat je van jezelf gemaakt hebt'.
Henriquez schrijft vanuit de optiek van de buitenstaander: ‘Ik wil bewust een eenling zijn.’ Literatuur biedt Denis Henriquez een instrument voor zelfkennis en zijn visie op de omgeving waarin hij leeft. Zo wordt deze literatuur een levensvorm voor hemzelf, zijn thuis en familie en zijn Caribische geboorte-eiland, zowel in zijn moedertaal Papiamento als in het Nederlands: literatuur en leven.
Denis Henriquez Presentacion di Buki (2017)
Presentatie van Het sterven van Rebecca Lopez Ikario op Aruba in 2017.