Modernisme (1910-1940)
De moderne wereld bleek een chaotisch en ongrijpbaar geheel geworden waar twijfel altijd op de loer lag. Die gevoelens vertalen zich in modernistische literatuur, zowel in het proza als in de poëzie: kunnen we de wereld wel helemaal kennen, en is de taal wel toereikend is om haar te beschrijven? Modernistische auteurs proberen orde in de chaos te scheppen, maar hun hoofdpersonages zijn twijfelaars pur sang.
Onderwerpen
Modernisme in proza
Twijfelende personages en onkenbare werkelijkheid
Het tijdschrift Forum
Liever ‘vent’ dan ‘vorm’
Modernisme in de poëzie
Autonome gedichten van toeschouwers
De roaring twenties
Modern plezier in de literatuur
Schrijvers
Ferdinand Bordewijk
‘De ondergang’ centraal
Peter Terrin
Kameleon op kousenvoeten
Teksten
Dichtertje, De uitvreter, Titaantjes
Nescio, 1918
Eva
Carry van Bruggen, 1927
Het land van herkomst
E. du Perron, 1935
Nieuwe gedichten
M. Nijhoff, 1934